6.5 De naaldlengte aanpassen

Met de NeedlingPen kunt u de naaldlengte aanpassen. Met de draaiknop kunt u de naaldlengte traploos instellen tussen 0,25 mm en 1,5 mm.

Voor een betere visuele controle is het raadzaam om de naaldlengte aan te passen terwijl het handstuk is ingeschakeld. Ga hiervoor als volgt te werk:

  • Zet het handstuk aan.

  • Pas de mate van uitsteeksel aan door het bewegende deel van het handstuk te draaien. Gebruik de schaal als leidraad en draai totdat de markering op de gewenste positie staat. Door met de klok mee te draaien (kijkend naar de naaldmodule) wordt de mate van uitsteeksel vergroot.